Sociaal domein

Het snel, laagdrempelig en kortdurend ondersteunen van inwoners om weer zelfredzaam te worden

Doel 1.2.2 Kortdurende en/of laagintensieve ondersteuning | Begroting 2024

Zodra helder is wat de vraag van de inwoner is, kunnen we ondersteuning bieden. Het doel van deze ondersteuning is dat de inwoner zichzelf weer kan redden en dat we (duurdere) specialistische zorg voorkomen. De ondersteuning die we bieden is laagdrempelig. De inwoner ontvangt de ondersteuning dichtbij: thuis, op school, of in de wijk.   

Bij de inzet van meerdere vormen van ondersteuning, behoudt een medewerker van het Sociaal wijkteam het overzicht. We zorgen ervoor dat de inwoner zelf in regie blijft, maar voorkomen tegelijkertijd onnodige stapeling van hulpverlening en bouwen de ondersteuning af zodra het kan.

Meer inwoners laagdrempelig, dichtbij en met een brede blik geholpen

• We hebben inwoners van Zwolle die twijfelen aan hun relatie, uit elkaar gaan of nog veel ruzie hebben nadat ze uit elkaar zijn geholpen via het Relatie- en scheidingsteam. Dit team heeft kennis over en ervaring met relaties en scheidingen. Dit team geeft advies over goed met elkaar omgaan, waarbij het belang van het hele gezin voorop staat. En dit team geeft praktisch advies. Bijvoorbeeld over hoe je je geldzaken regelt na een scheiding.  
• Vanuit de werkwijze Samenspel in de wijk geven we hulp en steun dichtbij de jeugdige en zijn gezin: thuis, op school en in de wijk. We werken intensief samen met de jeugdhulpaanbieders en partners in de sociale basis.
• Binnen het programma Samen voor een stevige basis werken we samen met scholen. Het doel is om duurzame oplossingen te bieden aan kinderen en jongeren (en ouders) met een hulpvraag en daarbij onnodig beroep op gespecialiseerde (jeugd)hulp te voorkomen. De jeugd- en gezinswerkers van het Sociaal wijkteam werken hierbij samen met de intern Begeleider (basisonderwijs) of zorgcoördinator (Voortgezet Onderwijs) en orthopedagoog vanuit het onderwijs. Deze inzet hebben we gecontinueerd in 2024. We hebben het programma ook geëvalueerd. Hieruit is een aantal kansrijke maatregelen gekomen. In samenspraak met onderwijs en opvang verkennen we of en zo ja hoe bredere toepassing daarvan kan bijdragen aan het doel.
• In 2024 hebben we de inzet van de ondersteuningsteams voor kinderen van 0 tot 4 jaar gecontinueerd. Ook hebben we deze inzet geëvalueerd. In samenspraak met onderwijs en opvang verkennen we hoe de inzet te continueren.  
• We breiden in 2023-2026 de samenwerking in een ondersteuningsteam uit met de onderwijsteams van ISK Landstede, De Twijn en De Ambelt. We streven ernaar in 2026 te werken met ondersteuningsteams bij alle elf onderwijsteams op deze scholen. Deze uitbreiding is onderdeel van de Ontwikkelagenda passend onderwijs en jeugdhulp 2023-2026.

 Betere regie op ondersteuning waar meerdere partijen bij betrokken zijn

• We bieden vrijwillig (intensieve) hulp aan gezinnen en huishoudens die te maken hebben met acute en chronische onveiligheid in het dagelijkse leven. Dit doen we door samen met jeugdhulpaanbieders met hetzelfde veiligheidsplan te werken. We werken met het gezin en betrokken partners aan het doorbreken van het patroon van onveiligheid.
• Met het Herstelteam hebben we het aanbod van begeleiding, behandeling en herstel voor mensen met een psychische kwetsbaarheid geoptimaliseerd. Dit is onder andere voor inwoners met een ernstige psychiatrische aandoening (EPA). In 2024 was het herstelteam werkzaam in drie wijkteams (wijkteam Noord, Midden en Oost). Met de inzet van het herstelteam hebben we 131 inwoners geholpen.
• We praten met iedere Zwolse gedetineerde over de mogelijkheden voor nazorg binnen de gemeente Zwolle. In 2024 waren er tussen de 120 en 160 gedetineerden in Zwolle. We hebben al deze gedetineerden een aanbod gedaan voor nazorg. Uiteindelijk hebben rond de 25 inwoners daadwerkelijk gebruik gemaakt van ons aanbod voor begeleiding. Dit waren vaak wel zeer intensieve en complexe trajecten. Dit omdat er vaak veel speelt rondom financiën, huisvesting en psychische kwetsbaarheid.

De activiteiten van doel 1.2.2. hebben per saldo €166.000 een meer gekost dan begroot. De lasten laten een voordelig saldo zien van € 2.159.000 en de baten een nadelig van € 978.000. Er is € 186.000 meer toegevoegd aan de reserve en € 1.161.000 minder onttrokken aan de reserve. Dit wordt als volgt verklaard.

De lagere last is veroorzaakt door:

• € 484.000 lagere uitgave op incidentele middelen van de afdeling Maatschappelijke Ontwikkeling, deze middelen zijn gereserveerd om in 2025 e.v. uit te geven.
• € 1.536.000 lagere uitgave op wet inburgering en non-formeel taalaanbod. De kosten op de leerroutes lopen achter ten opzichte van de bijdrage van het Rijk. Zwolle ontvangt middelen drie jaar vooruit. Voor non-formeel taalaanbod stond €150.000 begroot om uit te geven, deze middelen blijven in de reserve door het gebrek van een taalaanbieder.
• € 139.000 lagere uitgave op relatie en scheidingsteam door lagere communicatiekosten, kosten voor training en apparaatskosten (deze worden gereserveerd).

De lagere baten zijn veroorzaakt door:

• € 319.000 minder aan opbrengsten gehad voor de wet inburgering. De dekking vanuit AMIF, die begroot is via in het najaarsmoment 2022, is niet te realiseren. De opbrengsten van de AMIF kunnen niet gebruikt worden als dekking voor lopende activiteiten, daar is in 2022 wel vanuit gegaan. Om in aanmerking te komen voor de vergoeding moeten uitgaven worden gedaan, die even hoog zijn als de vergoeding.
• € 1.132.604 minder nodig uit bijdrage Rijksbijdrage Wet Inburgering 2021. De kosten voor de wet inburgering blijven achter ten op zichte van de middelen die we van het Rijk krijgen; het overgebleven budget is opgespaard.

De hogere storting in de reserve is veroorzaakt door stortingen:

• € 139.000, 0,77 fte therapeut Sociaal wijkteam en RSTZ (relatie en scheidingsdesk) middelen communicatie en training.
• € 47.000, adviseur AMIF project.

De lagere onttrekking uit de reserve is veroorzaakt door:

• €  484.000 minder uitgegeven dan begroot aan incidentele middelen afdeling Maatschappelijke Ontwikkeling. Lagere inzet op incidentele middelen dan gepland door schommelingen in dossiers en afwezigheid van capaciteit.
• € 150.000 non-formeel taalaanbod niet gerealiseerd door het gebrek van een taalaanbieder.
• € 11.600 aan ELIP (einde lening inburgeringsplicht) gelden niet uitgegeven. De verwachting is dat deze kosten wel gaan komen, omdat de eerste groep inburgeraars vanuit de Wet Inburgering 2021 richting afronding gaan.
• € 48.000 over aan reserves SHP nieuwkomers en statushouders. Deze middelen zijn toegekend vanuit het Sociaal Herstel Plan en niet volledig besteedt in 2024.
• In 2024 zijn een aantal incidentele middelen ten behoeve van de wet inburgering in de reserve gehouden, deze gelden komen uit de septembercirculaire 2022 ad €246.000, meicirculaire 2023 ad €126.000 en decembercirculaire 2023 ad €102.000. Indien de rijksmiddelen voor inburgering niet voldoende blijken, worden deze middelen ingezet.